Vandaag, dinsdag 13 juli, heeft de vicepremier en minister van Buitenlandse en Europese Zaken Sophie Wilmès een ontmoeting gehad met de Europese commissaris voor crisisbeheer, de heer Janez Lenarčič, om de situatie in Ethiopië te bespreken. Deze vergadering volgt op de discussies van gisteren in de Raad Buitenlandse Zaken (FAC), die gericht waren op het creëren van een humanitaire luchtbrug naar Tigray door de Europese Unie.

De verslechterende situatie vormt een steeds groter risico voor de stabiliteit van Ethiopië zelf en van de regio in het algemeen. De humanitaire situatie kan als kritiek worden omschreven. In dit verband herinnerde de vicepremier aan het standpunt van België over deze kwestie, namelijk een oproep aan alle partijen om zich te houden aan het tijdelijke staakt-het-vuren dat de Ethiopische regering eenzijdig heeft afgekondigd en onderhandelingen aan te knopen om het te consolideren. Dit staakt-het-vuren moet vergezeld gaan van concrete maatregelen om de toegang voor humanitaire organisaties te waarborgen. Voor Sophie Wilmès “moet deze toegang reëel zijn en niet alleen op papier bestaan. Strategische bruggen vernietigen terwijl je een staakt-het-vuren afkondigt is niet geloofwaardig. Er moet een ongehinderde toegang zijn voor hulpverlening in Tigray. Er moet een veilige werkomgeving zijn voor hulpverleners, elektriciteit, internet en bankdiensten moeten hersteld worden en het moet voor hulpverleners makkelijker zijn een visum te krijgen. Een eerste WFP (UN World Food Programme) -konvooi is gisteren in de regio aangekomen. Dit is een eerste stap die nu op grote schaal moet plaatsvinden. Humanitaire hulp is vandaag prioritair, als we weten dat meer dan 5 miljoen mensen dringend hulp nodig hebben en dat de situatie ter plaatse dramatisch is”.

België toonde zich andermaal ingenomen met de gecoördineerde aanpak van deze kwestie door de EU en met haar inspanningen om de dialoog met de Ethiopische autoriteiten gaande te houden. Hetzelfde geldt voor het Europese leadership in de Mensenrechtenraad in Genève met betrekking tot de ernstige schendingen van de mensenrechten in deze zaak. De vicepremier is ook verheugd over het aannemen van de resolutie over Tigray vanochtend, die de bezorgdheid van de internationale gemeenschap weerspiegelt en het belang onderstreept van het lopende onderzoek naar de beschuldigingen van massale schendingen van de mensenrechten.

Met het oog op het komende rapport van de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten van de Verenigde Naties behoort België tot de Europese landen die graag zouden zien dat er wordt nagedacht over mogelijke sancties. Dit standpunt werd bevestigd aan Commissielid Lenarčič. “Zonder vooruit te lopen op de inhoud van dit verslag, zal het zeker verhelderend zijn voor de te volgen koers en wij moeten alle opties, met inbegrip van sancties, kunnen overwegen. De EU moet klaar staan, voor het geval dat. Het spreekt voor zich dat, indien de feiten en verantwoordelijkheden duidelijk zijn gedocumenteerd, het onze plicht zal zijn een krachtig en geloofwaardig antwoord te geven. Dit is een boodschap die wij in de komende weken aan onze Europese partners zullen blijven overbrengen”,  aldus Sophie Wilmès. België is altijd van mening geweest dat de “verantwoordelijkheid om te beschermen” (R2P) in Tigray moet worden toegepast om de burgerbevolking te beschermen. Ons land roept de autoriteiten en alle actoren dan ook op dit principe te respecteren, dat ook een verbintenis is volgens het internationaal recht.

De vicepremier en de Europese commissaris bespraken ook de humanitaire situatie aan de grens tussen Syrië en Turkije en onderstreepten daarbij het belang van de stemming van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties van afgelopen maandag om de checkpoint met zes maanden te verlengen.

Tot slot werd België gefeliciteerd met de door B-Fast uitgevoerde acties en de uitstekende samenwerking met ECHO (European Civil Protection and Humanitarian Aid Operations). De vicepremier en de commissaris bespraken hoe B-Fast beter kan worden geïntegreerd in de Europese inspanningen op het gebied van humanitaire hulp en crisisbeheersing.