Elke maand komt het Europees Parlement gedurende vier dagen in plenaire zitting bijeen in Straatsburg. Deze zittingen zijn de hoogtepunten van het parlementaire leven. In de Franse stad vinden de grote actuele debatten en de definitieve stemmingen over wetsvoorstellen plaats. De plenaire vergadering kan worden beschouwd als het sluitstuk van het werk dat in Brussel wordt verricht. Het idee van dit artikel is om u een overzicht te geven van de belangrijkste gebeurtenissen van de week, hun context uit te leggen, ze te analyseren en u te informeren over de belangrijkste stemmingen tijdens deze zitting.

 

Leestijd: 12 minuten

 

Stop de buitensporige bureaucratie ! (Omnibus I en toezicht op Europese bossen)

In juni 2024 behaalde de MR een historisch resultaat bij de Europese verkiezingen. We werden verkozen op basis van een fundamentele belofte: een einde maken aan de administratieve overbelasting en de Europese complexiteit. Die vraag klonk bijzonder sterk tijdens de verkiezingscampagne. Want als er iets is dat het imago van Europa bij de burgers systematisch schaadt, dan is het wel de neiging om steeds meer regels op te leggen – vaak slecht doordacht en te weinig afgestemd op de realiteit op het terrein. Betekent dit dat er helemaal geen regels meer moeten zijn? Nee. We willen ook geen totaal ongereguleerd Europa waarin het recht van de sterkste in elk deel van onze samenleving overheerst. Maar we zijn er ons ten volle van bewust dat elke vereenvoudigde regel, elke verduidelijkte wet, elke vergemakkelijkte procedure het vertrouwen in het Europese project versterkt.

Die oproep tot vereenvoudiging is blijkbaar niet overal goed aangekomen. Ik betreur dat het Europees Parlement woensdag de kans heeft gemist om te tonen dat het de boodschap had begrepen, door het in de JURI-commissie goedgekeurde mandaat te verwerpen waarmee onderhandelingen konden starten over de uitvoering van een deel van de vereenvoudigingsmaatregelen “Omnibus I”. Het doel van deze maatregelen is het invoeren van eenvoudigere rapportageregels inzake bedrijfsduurzaamheid en een proportionele zorgplicht. Deze wijzigingen ondermijnen de bestaande wetgeving niet, maar verminderen de administratieve last voor ondernemingen (door verhoging van de toepassingsdrempel), beschermen kleinere handelspartners in de waardeketen en beperken verder de mogelijkheid tot gold plating op nationaal niveau. Zoals u ziet, gaat het om een pragmatische aanpak die het juiste evenwicht zoekt tussen de kosten en administratieve lasten voor ondernemingen enerzijds, en de bescherming van onze planeet anderzijds. Gezien de reacties, is er weinig twijfel dat een groot deel van links, hand in hand met uiterst rechts, het project heeft doen mislukken, ook al was de stemming geheim. Dat betreur ik, want het toont dat Europese burgers en bedrijven dreigen vast te zitten tussen twee blokken: de puristische linkerzijde die geen milieubeleid wil dat rekening houdt met de realiteit, en de klimaatsceptische rechterzijde die wil dereguleren om het dereguleren. Wij behoren tot geen van beide.

Om die reden, en in lijn met onze pragmatische koers, wilden we de tekst over het toezicht op Europese bossen terugsturen naar de commissie. De MR verdedigt de bescherming van onze bossen. Het voorstel van de Europese Commissie heeft op zich een nobel doel: een beter toezicht op de toestand van de bossen in de hele Unie, om ze beter te beschermen tegen bedreigingen zoals bosbranden. Maar, zoals het spreekwoord zegt, “de weg naar de hel is geplaveid met goede bedoelingen”. De tekst, in zijn huidige vorm, zou hebben geleid tot een reeks inconsistenties: administratieve herhalingen, het opnieuw verzamelen van reeds beschikbare gegevens, extra technische vereisten, overlappingen met bestaande systemen… En we weten maar al te goed dat zulke inconsistenties uiteindelijk altijd leiden tot een nieuwe laag bureaucratie voor de betrokken actoren. We willen af van de werkwijze van de vorige legislatuur, die van de “Green Deal”, waarbij men te snel wetten wilde aannemen om vervolgens enkele maanden later corrigerende “Omnibus”-wetten te moeten goedkeuren. Trouw aan onze lijn vonden wij het noodzakelijk om het parlementaire werk opnieuw op te starten.

Zorg dragen voor het klimaat en ons milieu is fundamenteel. Dat blijkt uit onze steun aan de resolutie waarin de prioriteiten voor COP30 in Belém (Brazilië) in november worden vastgelegd. Maar dat moet op een verstandige manier gebeuren. De planeet beschermen is niet hetzelfde als formulieren produceren. We moeten luisteren naar het terrein. We moeten de valkuilen vermijden die het vertrouwen en de steun van burgers ondermijnen. We moeten maatregelen vermijden die slecht zijn afgesteld of onredelijk zijn, en die leiden tot bedrijfsafsluitingen, banenverlies of prijsstijgingen. Een doeltreffende strijd tegen de klimaatverandering vergt ambitieuze doelstellingen, maar ook brede steun van de burgers. Succes zal collectief zijn – of het zal er niet zijn. En precies in die geest zullen we blijven werken.

 

Het schandaal van de Hongaarse spionnen

Op 9 oktober publiceerden verschillende media, waaronder de Belgische krant De Tijd, de schokkende resultaten van hun onderzoek: tussen 2012 en 2018 zou Hongarije in Brussel een heel spionagenetwerk hebben opgezet, dat de Europese instellingen viseerde vanuit zijn Permanente Vertegenwoordiging. De onthullingen zijn bijzonder ernstig: agenten zouden, onder diplomatieke dekking, hebben geprobeerd om ambtenaren om te kopen om gevoelige informatie te verkrijgen of bepaalde interne beslissingen te beïnvloeden. Als deze feiten worden bevestigd, vormen ze een groot risico voor de veiligheid van de Europeanen, zeker als de oriëntaties van de Commissie in het belang van één lidstaat zouden zijn beïnvloed of als deze “spionnen” toegang hebben gehad tot ultragevoelige veiligheids- of geopolitieke documenten. Het is niet het eerste schandaal dat Hongarije dit jaar treft. In januari leerden we al dat medewerkers van het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) destijds werden afgeluisterd en gevolgd door Hongaarse agenten, terwijl het Bureau onderzoek deed naar gevoelige dossiers over datzelfde land. Toen al riep ik op tot een krachtige reactie, aangezien deze feiten zich toevoegden aan een lange lijst van redenen om de artikel 7-procedure tegen Hongarije te versnellen. Vandaag wordt het steeds duidelijker dat de Hongaarse regering handelt als een buitenlandse agent, en elk beginsel van Europese loyaliteit en solidariteit schendt. Premier Orbán staat bekend als bewonderaar van de Russische president Vladimir Poetin, wiens “illiberale” politieke visie hij grotendeels heeft overgenomen – en nu blijkbaar ook diens methoden.

Wat doet de Europese Commissie na zulke onthullingen? We weten er nauwelijks iets over. Er zou een intern onderzoek zijn opgestart. Dat is alles wat bekend is. Niemand weet of er voorzorgsmaatregelen zijn genomen of nieuwe veiligheidsmaatregelen zijn ingevoerd de afgelopen weken. Commissaris Piotr Serafin, die onze vragen in de plenaire zitting beantwoordde, kon geen inhoudelijke uitleg geven, al voelden velen van ons zijn verontwaardiging en vastberadenheid achter zijn verplicht stilzwijgen over het lopende onderzoek. Toch had de Hongaarse commissaris, Ólivér Várhelyi, minstens tijdelijk moeten worden geschorst, zolang er geen duidelijkheid is. Dit lijkt mij essentieel, aangezien dhr. Várhelyi destijds aan het hoofd stond van de Hongaarse Permanente Vertegenwoordiging. Zelfs al bewijst dat niets, het is onmogelijk – in het belang van de werking én de reputatie van de Commissie – om te doen alsof er niets aan de hand is.

Velen van ons vrezen dat de Europese Commissie haar verantwoordelijkheid niet ten volle zal nemen. Daarom vind ik dat het Europees Parlement dat moet doen. Tenslotte is het de rol van een parlement om het uitvoerend orgaan te controleren. Samen met Renew Europe zijn we bereid om de onmiddellijke oprichting van een onderzoekscommissie over dit onderwerp te steunen. Andere, minder directe en minder efficiënte opties zouden kunnen worden benut via bestaande commissies. De methode doet er minder toe; wat telt, is dat er duidelijke antwoorden komen, in alle transparantie – en vooral dat deze feiten niet zonder gevolgen blijven, noch voor de daders, noch voor de veiligheidsmaatregelen van onze instellingen. Bezorgd om de integriteit van ons Parlement, zal ik dit dossier van nabij opvolgen, in mijn hoedanigheid van parlementslid en vicevoorzitter.

 

Aantasting van de rechtsstaat in Bulgarije ?

Als voorzitter van het DRFMG nam ik deel aan het plenaire debat dat mijn politieke fractie organiseerde over de rechtsstaat in Bulgarije. Reeds deze zomer had de Commissie, bij de voorstelling van haar jaarlijks verslag over de rechtsstaat in de EU, verschillende zorgwekkende ontwikkelingen in Bulgarije aangestipt, met name wat betreft de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht. En die onafhankelijkheid is een pijler van ons democratisch model. De rechtsstaat garandeert immers de gelijkheid van alle burgers – ook van leiders – voor de wet, en vereist dus dat justitie kan optreden zonder politieke druk. Zij fungeert zelfs als tegenmacht tegenover de andere twee machten, de uitvoerende en de wetgevende.

De vrees voor een politiek misbruikte Bulgaarse justitie kwam duidelijk tot uiting in een concreet geval op 8 juli jl. Blagomir Kotsev, burgemeester van de stad Varna en lid van een oppositiepartij, werd op spectaculaire wijze gearresteerd, live op televisie. Hij werd beschuldigd van corruptie, maar een van de belangrijkste getuigen verklaarde later dat zijn getuigenis was afgedwongen. De burgemeester zit nog steeds in voorlopige hechtenis en velen vinden dat zijn aanhouding, gezien het dossier, buiten proportie is. Uiteraard is het niet onze bedoeling om ons over de zaak zelf uit te spreken, maar het spreekt voor zich dat dhr. Kotsev, zoals elke rechtzoekende, rechten heeft: recht op gerechtigheid, gelijkheid voor de wet, en een eerlijk proces, om er maar enkele te noemen. Dat het nodig is deze basisprincipes nog te moeten herhalen, toont hoe groot de bezorgdheid is over wat er momenteel in Bulgarije gebeurt.

Gelukkig heeft het Europees Parlement de ‘DRFMG’ opgericht. Het mandaat van deze werkgroep laat toe om missies te organiseren om de situatie ter plaatse vast te stellen. Het gaat om waarnemings- en verificatiemissies. Sommige realiteiten zijn moeilijk te vatten enkel via rapporten, en niet alle betrokken actoren kunnen naar Brussel komen om te worden gehoord. Daarom zijn deze missies belangrijk. Tijdens het debat in de plenaire vergadering heb ik opnieuw mijn wil bevestigd om een dergelijke DRFMG-missie zo snel mogelijk op te zetten, ondanks de obstakels die sommige politieke fracties opwerpen. Dat betreur ik ten zeerste, want de inzet overstijgt ruimschoots partijpolitieke overwegingen. Het gaat in de eerste plaats om democratie en om het respect voor onze gemeenschappelijke waarden.

 

Nieuws uit het dagelijks leven: het digitale rijbewijs

Nog een bewijs dat Europa een impact heeft op uw dagelijks leven: we hebben de invoering van een digitaal rijbewijs tegen 2030 goedgekeurd, moderner en praktischer (hoewel het altijd mogelijk zal blijven om de fysieke versie aan te vragen). Wat mij in dit dossier bijzonder nauw aan het hart ligt, is de verplichting voor de lidstaten om elkaar onmiddellijk te informeren over zware verkeersovertredingen op hun grondgebied, evenals over rijverboden. Het doel? Voorkomen dat roekeloze chauffeurs ongestraft in andere Europese landen rondrijden, gezien het gevaar dat zij vormen. Dit essentiële punt sluit aan bij het wetsvoorstel dat ik in 2023 in de Kamer van Volksvertegenwoordigers heb ingediend, dat tot doel heeft om de intrekking van het rijbewijs van plegers van zware ongevallen te garanderen tot aan hun proces.

 

Meer informatie vindt u op de website van het Europees Parlement.